Nood- of magazijndeur niet vanzelfsprekend toegestaan

Als uw onderneming groeit, groeien vaak ook de wensen om het bedrijfspand uit te breiden. Voor deze uitbreiding vraagt u netjes een bouwvergunning aan bij de gemeente. Toch begint de buurman, nadat de bouwwerkzaamheden zijn voltooid, ineens te klagen. Een geplaatste (nood-)deur bevindt zich namelijk binnen twee meter van de erfgrens en geeft rechtstreeks zicht op zijn perceel. U vertelt uw buurman dat u van de gemeente een bouwvergunning heeft gekregen. De buurman had daartegen bezwaar kunnen maken, maar heeft dat niet gedaan. Hij is te laat… denkt u. Maar schijn bedriegt.

De gemeente checkt namelijk bij de behandeling van de bouwaanvraag of de bouwplannen passen binnen het geldende bestemmingsplan. Als dat het geval is, en de buren maken geen (gegrond) bezwaar, dan zal de gemeente de vergunning verlenen. De gemeente checkt bij het behandelen van de vergunningsaanvraag (doorgaans) niet of de bouwplannen in strijd zijn met het burenrecht.

De buurman doet, nadat de verbouwing is afgerond, zijn beklag. Hij baseert zich hiervoor op artikel 50 van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek. Dat artikel schrijft inderdaad voor dat, slechts met toestemming van de eigenaar van het naburige erf, ramen of andere muuropeningen geplaatst mogen worden binnen twee meter van de grenslijn met dit naburige erf, voor zover deze uitzicht bieden op dit erf.

Muuropening en Uitzicht
Ik hoor u denken: “Maar een deur is toch geen muuropening en biedt toch helemaal geen uitzicht op het naburige erf?” Daar denken de wetgever en de rechter anders over. Hoewel een deur op zichzelf geen muuropening is, is deze wel degelijk geplaatst in een muuropening. Of zich in een muuropening een venster of een deur bevindt, maakt dus niet veel uit.

Voorts maakt het evenmin verschil of de deur is voorzien van doorzichtig glas, of dat sprake is van een ondoorzichtig exemplaar. De Hoge Raad zegt daarover dat een deur naar zijn aard bestemd is om geopend te worden, dus dat het bieden van uitzicht daarmee een gegeven is.

Strekking artikel 5:50 BW
U kunt waarschijnlijk wel vermoeden, welk recht artikel 5:50 BW dient te beschermen, namelijk het recht op privacy. Toch zijn er ook uitzonderingen denkbaar. Deels staan die in de wet en deels volgen die uit de rechtspraak.

Uitzonderingen
Een belangrijke uitzondering die vaak voor komt, is de situatie dat de aangebrachte muuropening zich weliswaar bevindt binnen twee meter van het naburige erf, maar dat de muuropening slechts uitzicht biedt op een muur die zich binnen twee meter van die muuropening bevindt.  Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan een deur die uitkomt op een steeg en die rechtstreeks uitzicht biedt op de kale achtergevel van het huis van de buurman.

Een andere uitzondering die men nog wel eens tegenkomt in de praktijk, is de situatie dat nieuwe buren gaan klagen over de aanwezigheid van ramen en of deuren binnen twee meter van de erfgrens. Als sprake is van verjaring, in ieder geval na verloop van 20 jaren, dan kunnen de buren daartegen niets meer doen. Sterker nog, zij mogen binnen een straal van twee meter van de muuropening geen (bouw-)werken plaatsen die onredelijk hinder veroorzaken.

Wenst u meer informatie over bouw- of burenrecht? Neemt u gerust contact op met één van onze gespecialiseerde advocaten van Tanger Advocaten N.V.

Heeft u een kwestie of een vraag?

Bel 06 – 528 659 02 of laat uw gegevens achter