Handhaving Belastingdienst schijnzelfstandigen

Vanaf begin volgend jaar kunnen werkgevers die schijnzelfstandigen inzetten, geconfronteerd worden met claims van deze verkapte werknemers of pensioenfondsen. De Belastingdienst zal namelijk vanaf 1 januari weer boetes uitdelen voor oneigenlijke zzp-constructies na een onderbreking van acht jaar. Dit zal bedrijven waarschijnlijk op extra kosten jagen, zelfs als er geen claims komen.

Tot nu toe hebben weinig zzp’ers die eigenlijk als werknemers beschouwd moeten worden, aanspraak gemaakt op hun rechten als werknemer. Maar dat zal veranderen met de hernieuwde handhaving door de Belastingdienst, wordt verwacht. Deze handhaving is jarenlang opgeschort in afwachting van een nieuwe zzp-wet, voorbereid door het demissionaire kabinet-Rutte IV en voortgezet door de nieuwe coalitie.

Wanneer een zzp’er door de Belastingdienst als werknemer wordt aangemerkt, zal hij of zij waarschijnlijk aanspraak maken op gemiste werknemersrechten, wat een groot financieel risico vormt. Herkwalificatie van zzp’ers als werknemers zal de kosten voor werkgevers verhogen. Werkgevers zullen hun voormalige zzp’ers hetzelfde nettoloon moeten betalen dat ze als zelfstandigen verdienden.

De hernieuwde handhaving door de fiscus leidt echter af van het onderliggende probleem. Zzp’ers kunnen nu al hun rechten opeisen, maar doen dit vaak niet. Dit kan veranderen als werkgevers hen bijvoorbeeld willen ontslaan of als ze ziek worden. Het is uiteraard onduidelijk hoeveel mensen een claim zullen indienen. Volgens de overheid zijn ongeveer 200.000 van de 1,26 miljoen zzp’ers schijnzelfstandigen; vakbonden schatten dit aantal op ruim het dubbele.

Vanaf 1 januari kan de Belastingdienst onbetaalde belastingen en premies terugvorderen. Maar de hergekwalificeerde zzp’er kan met terugwerkende kracht aanspraak maken op vakantierechten, overwerktoeslagen, onregelmatigheidstoeslagen of een transitievergoeding. En als de fiscus een zzp’er als werknemer aanmerkt, zullen pensioenfondsen de verschuldigde pensioenpremies met terugwerkende kracht bij het bedrijf kunnen innen. Als de werkgever deze niet kan betalen, komt de rekening bij de werknemers die al bij het pensioenfonds zijn aangesloten. De Pensioenfederatie waarschuwde eerder al dat deze situatie een kost van bijna €1,5 miljard kan opleveren, uitgaande van 200.000 schijnzelfstandigen.

Tijdens de internetconsultatie voor de nieuwe zzp-wet eiste de branchevereniging dan ook dat pensioenafspraken over het verleden altijd worden uitgesloten. Bedrijfstakpensioenfondsen, zoals PFZW voor de zorg en fondsen in de bouwsector, kunnen momenteel moeilijk inschatten hoeveel schijnconstructies er zijn. PFZW beschouwt dit voornamelijk als een kwestie tussen werkgevers en werknemers of opdrachtgevers en zelfstandigen.

Zodra de Belastingdienst echter een arbeidsovereenkomst vaststelt, kan met terugwerkende kracht aansluiting bij PFZW plaatsvinden, wat extra complexiteit met zich meebrengt. Achterstallige premies kunnen tot vijf jaar terug worden geïnd, en als een zzp’er achteraf tien jaar in dienst blijkt te zijn geweest, ontstaat er een financieel gat. Het is aan de wetgever om eventuele wetsaanpassingen door te voeren om dergelijke situaties te voorkomen.

Vragen? Neem dan vrijblijvend contact op met ons kantoor via 0255 – 547 800 / info@tanger.nl of rechtstreeks met mr. Tim Slotema via t.slotema@tanger.nl of 0255 – 547 817.

Over Mr. T. Slotema

Tim is een allround ondernemingsrechtadvocaat gespecialiseerd in arbeidsrecht en faillissementsrecht. Hij combineert zijn opgedane commerciële kwaliteiten als consultant in executive search met een open en pragmatische aanpak.

Bekijk profiel
Kantoor Velsen-Zuid 0255-547800
Rechtstreeks 06-427 42 547
E-mail t.slotema@tanger.nl

Heeft u een kwestie of een vraag?

Bel 06 – 528 659 02 of laat uw gegevens achter

Meer over arbeidsrecht

Bekijk alle artikelen