Herziening van het beslag- en executierecht
Het beslag- en executierecht wordt binnenkort gewijzigd. De herziening van het beslag- en executierecht is bedoeld om te voorkomen dat mensen met schulden onder het bestaansniveau terechtkomen. Beslag leggen is vaak een effectief drukmiddel om een schuldenaar tot betaling te dwingen. Beslag leggen kan voorafgaande aan een vonnis met een zogenaamd conservatoir beslag, maar ook daarna. Dit wordt een executoriaal beslag genoemd. Beslag is mogelijk onder zowel zakelijke als particuliere schuldenaren.
Er is besloten de wet in drie fasen in te voeren.
Eerste fase
De eerste fase start op 1 oktober 2020. Als uitgangspunt mag dan geen beslag meer worden gelegd op roerende zaken (zoals de inboedel) als redelijkerwijs voorzienbaar is dat de kosten hoger zullen zijn dan de opbrengsten. Een gedwongen verkoop levert de schuldeiser in zo’n geval niets op. Sterker nog, het leidt alleen maar tot een hogere schuld. De schuldenaar zal de verkoopkosten namelijk moeten betalen, terwijl hij hier geen geld voor heeft. Het beslag wordt dan puur als drukmiddel gebruikt.
Verder geldt het uitgangspunt dat kleding, levensmiddelen en andere zaken voor persoonlijke verzorging of algemene dagelijkse levensbehoeften, niet in beslag kunnen worden genomen. Het gaat daarbij om zaken van – over het algemeen – weinig waarde. Beslag op bijvoorbeeld kunst en sieraden blijft wel mogelijk. Daarnaast wordt verkoop via internet mogelijk. Zo kan een breder publiek worden bereikt. Dit kan bijdragen aan een hogere opbrengst tegen lagere kosten.
Tweede fase
Per 1 januari 2021 – de start van de tweede fase – wordt een zogeheten beslagvrij bedrag ingevoerd. Bij een beslag op de bankrekening van de schuldenaar wordt dan een deel van het banktegoed vrijgehouden, het zogenaamde beslagvrij bedrag. Bij beslag op loon of een uitkering geldt al iets soortgelijks, wat de beslagvrije voet wordt genoemd. Zo kunnen mensen met schulden niet onder het bestaansminimum terechtkomen en houden zij geld over om van te leven.
Derde fase
De derde fase per 1 april 2021 maakt administratief beslag op motorrijtuigen mogelijk. Dit betekent dat het in beslag nemen van een voertuig efficiënter wordt. Onder de huidige regeling moet de deurwaarder het voertuig daadwerkelijk zien om er beslag op te kunnen leggen. Dat levert in de praktijk vaak problemen op. Daarom kan straks beslag worden gelegd na inzage in het kentekenregister van het RDW. Ook wordt het onmogelijk om het voertuig na een beslag snel over te schrijven op een andere naam. Zo wordt een koper beschermd tegen een verkoper die zijn voertuig met een beslag erop wil verkopen.
Heeft u een vraag over beslagen of over de herziene wetgeving? Neem dan vrijblijvend contact op met Axel de Groot.
Over Mr. A. de Groot
Axel de Groot is gespecialiseerd in faillissementsrecht, ondernemingsrecht, vastgoedrecht en huurrecht. In 1985 is Axel de Groot beëdigd als advocaat na een studie Nederlands recht aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Bekijk profiel