Vakantieopbouw na twee jaar ziekte
De discussie over de opbouw van vakantiedagen tijdens langdurige ziekte heeft een belangrijke wending gekregen. De Gelderse kantonrechter heeft recent geoordeeld dat werknemers ook ná de eerste twee jaar ziekte volledige vakantiedagen blijven opbouwen, ongeacht of zij nog loon ontvangen. Deze uitspraak markeert een significante verschuiving in de toepassing van het Nederlandse arbeidsrecht.
De Nederlandse wet
Artikel 7:634 BW bepaalt dat werknemers vakantiedagen opbouwen over ieder jaar waarin zij “recht op loon hebben gehad”. Dit lijkt op het eerste gezicht helder: geen loon betekent geen vakantie-opbouw. Na twee jaar ziekte eindigt doorgaans de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever, waarna deze hoofdregel zou kunnen leiden tot de conclusie dat ook de vakantie-opbouw stopt.
Toch biedt het wettelijk kader nuances. Artikel 7:635 lid 1 BW noemt diverse uitzonderingen waarbij werknemers wél vakantiedagen opbouwen zonder recht op loon, zoals tijdens militaire dienst of tijdens deelname aan vakbondsbijeenkomsten. Maar langdurige ziekte na de eerste twee jaar staat niet (expliciet) in dit rijtje vermeld.
Europees perspectief
De kern van de problematiek ligt in de spanning tussen Nederlands recht en Europese regelgeving. Artikel 31 lid 2 van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie waarborgt het recht op jaarlijkse vakantie met behoud van loon als fundamenteel sociaal recht. Het Europese Hof van Justitie heeft meermaals benadrukt dat dit recht ook geldt voor zieke werknemers.
In eerdere Nederlandse rechtspraak was dit spanningsveld al zichtbaar. Al in 2009 wees de Utrechtse kantonrechter op het belang van de Europese richtlijn 2003/88/EG en stelde dat werkgevers vakantiedagen ook tijdens ziekte moeten vaststellen. De rechter oordeelde destijds dat het Nederlands recht in overeenstemming met deze richtlijn moet worden uitgelegd.
Recente doorbraak
De Gelderse kantonrechter heeft deze lijn recent doorgetrokken naar situaties van langdurige arbeidsongeschiktheid. De kantonrechter oordeelde dat de Nederlandse wetgeving, voor zover deze de opbouw van vakantiedagen beperkt tot de periode waarin loon wordt ontvangen, in strijd is met Europees recht.
De rechter stelde uitdrukkelijk dat zieke werknemers de gehele ziekteperiode volledige vakantie-uren opbouwen, ongeacht of zij arbeid verrichten en ongeacht of zij recht hebben op loon. Deze uitspraak gaat verder dan eerdere jurisprudentie, omdat zij niet alleen de eerste twee jaar ziekte betreft, maar ook de periode daarna.
Praktische gevolgen
Voor werkgevers betekent dit dat zij ook ná afloop van de loondoorbetalingsverplichting rekening moeten houden met opbouw van vakantiedagen voor langdurig zieke werknemers. Bij beëindiging van het dienstverband – bijvoorbeeld na twee jaar ziekte – moet de waarde van deze opgebouwde maar niet-genoten vakantiedagen worden uitbetaald.
De uitspraak maakt duidelijk dat het Nederlandse systeem, waarbij vakantie-opbouw gekoppeld is aan loonontvangst, op gespannen voet staat met fundamentele Europese rechten. Dit roept de vraag op of de wetgever de vakantieregeling moet herzien om beter aan te sluiten bij Europese normen.
Voorts geldt dat de vervaltermijn van artikel 7:640a onverkort van toepassing blijft. Wettelijke vakantiedagen vervallen zes maanden na het kalenderjaar waarin ze zijn verworven, tenzij de werknemer redelijkerwijs niet in staat was vakantie op te nemen.
Vragen?
Neem dan vrijblijvend contact op met ons kantoor via 0255 – 547 800 en/of info@tanger.nl of rechtstreeks met mr. Tim Slotema via t.slotema@tanger.nl en/of 0255 – 547 817.
Over Mr. T. Slotema
Tim is een allround ondernemingsrechtadvocaat gespecialiseerd in arbeidsrecht en faillissementsrecht. Hij combineert zijn opgedane commerciële kwaliteiten als consultant in executive search met een open en pragmatische aanpak.
Bekijk profielHeeft u een kwestie of een vraag?
Bel 06 – 528 659 02 of laat uw gegevens achter
Meer over arbeidsrecht
Wat gebeurt er met je loon als je ZZP-contract toch een arbeidsovereenkomst blijkt?
Een commercieel medewerker werkte volgens zijn contract als ZZP’er bij een technische groothandel. Toen zijn contract werd opgezegd door het bedrijf, stapte hij naar de rechter. Hij vond dat hij […]